Rukhsana Zubair, onderwijsopbouwwerker bij SAAMO West-Vlaanderen in De Panne werd geselecteerd voor de campagne “Sociaal werk doet ertoe” van de Vlaamse Overheid ter gelegenheid van World Social Work Day 2025. Daarvoor werd ze geïnterviewd over haar visie op sociaal werk en het belang van ouderbetrokkenheid in het onderwijs.
Je bekijkt en leest het interview hieronder:
Rukhsana Zubair, opbouwwerker bij SAAMO West-Vlaanderen, strijkt twee dagen per week neer in de Sint-Pieterskleuterschool in De Panne voor het project Sterk Onderwijs. Daar werkt ze dagelijks drempels weg: ze zorgt ervoor dat alle kinderen het meeste uit hun schooltijd kunnen halen.
Wat doe je precies als opbouwwerker op school?
“Ik draag eraan bij dat de kinderen aan alle activiteiten kunnen deelnemen en dat de drempels op school zoveel mogelijk weggewerkt worden. En dat ouders actief betrokken worden bij activiteiten op school en in de klas, want ook zij maken deel uit van het schoolgebeuren. Hier in De Panne ben ik er vooral voor de ouders van alle kleuters die naar school komen – exact 66 gezinnen. ”
“Daarnaast werk ik ook samen met de leerkrachten, schoolteams, de brugfiguur en ook met het lokale bestuur. Vanuit concrete signalen en noden op de school zoeken we samen naar gepaste oplossingen en zetten we die om in duurzaam beleid op school en in de gemeente. Zo werken we samen aan het overkoepelende doel: maximale ontwikkelingskansen voor alle kinderen.”
En hoe schep je die kansen?
“Door ’s ochtends mee aan de schoolpoort te staan. Dat is echt het scharniermoment van de schooldag. Omdat letterlijk iedereen via mij passeert – ouders, kinderen en leerkrachten – is dat de perfecte gelegenheid om de temperatuur te meten. Wat leeft er? Welke vragen en noden zijn er?
“Verder ga ik ook op huisbezoek bij gezinnen in een maatschappelijk kwetsbare positie. Ik maak hen wegwijs in de werking van de school en motiveer hen om naar oudercontacten, infoavonden en schoolfeesten te komen. We hebben ook een ouderpraatgroep opgestart: we houden ontmoetingsmomenten met koffie en thee waarop ouders elkaar kunnen leren kennen, hun Nederlands kunnen oefenen en waarbij vragen en weetjes over de school en de kinderen spontaan aan bod komen.
“Tijdens huisbezoeken leer je de ouders echt kennen. Zo kwam ik bijvoorbeeld terecht bij een mama die al een paar jaar in België is en goed Nederlands sprak. Tijdens het gesprek bleek dat ze graag vrijwilligerswerk wilde doen, onder andere om haar Nederlands te oefenen.”
“Ze had alleen geen idee hoe ze eraan moest beginnen. Ik heb die vraag voorgelegd op school, en met resultaat: nu helpt ze mee in de refter. Van een moeilijk bereikbare mama werd ze een geëngageerde mama.”
Dat toont wel aan dat je met jouw werk een verschil maakt.
“Tja, wat ik concreet doe laat zich samenvatten in twee woorden: verbinding en vertrouwen. In dat laatste moet je natuurlijk wel investeren, je krijgt het niet cadeau. Maar als ouders merken dat je echt de tijd voor ze neemt, zoals die mama waarover ik het net had, dan krijg je de echte vragen te horen. En als je die aanpakt, maak je snel een groot verschil in iemands leven.”
Waarom doe je dit werk zo graag?
“Omdat ik mensen over de drempels help waar ik ooit zelf over moest. Toen ik als negenjarig meisje vanuit Pakistan naar hier kwam, bestonden er geen projecten zoals dat van SAAMO. Daarom ben ik blij dat ik nu mijn steentje kan bijdragen, en vooral: dat we al in de kleuterschool kunnen starten. Hoe vroeger je begint, hoe sneller het traject van een kind een positieve wending neemt.”
Wanneer is jouw dag geslaagd?
“Als ik de ogen van ouders of kinderen zie blinken en er een glimlach op hun gezicht komt. Klinkt melig, maar het gebeurt écht.”
“Zo had ik onlangs een oudergesprek over de diagnose van een kind. We zaten met een aantal rond de tafel: zorgcoördinator, CLB, juf én ouders. Een lastig gesprek, vooral omdat de ouders een migratieachtergrond hadden – in hun thuisland bestond die diagnose eenvoudigweg niet, ze wisten dus niet hoe ze erop moesten reageren.”
”Doordat wij alles konden kaderen, zag je de stress echt van hen afvallen. Op zo’n moment besef je: ja, wij kunnen écht iets voor de mensen betekenen.”
Wat maakt jou zo trots op je werk?
“Dat ik de maïzena kan zijn tussen mensen en instellingen, of tussen mensen onderling. Alle ingrediënten zijn hier sowieso aanwezig, maar soms zijn er obstakels die de verbinding in de weg staan. Ik zorg dat die obstakels verdwijnen door aandacht te geven aan grote én kleine dingen.”
Waarom zijn sociaal werkers belangrijk in onze samenleving?
“Omdat we mensen samenbrengen, verbinden en versterken. In onze samenleving ontstaan veel frustraties, onder andere omdat ze zo divers is geworden. Wel, als niemand ze concreet aanpakt, zullen ze alleen maar groeien. Terwijl ik uit ervaring weet dat mensen soms maar een klein zetje nodig hebben om die frustratie te lossen – je moet gewoon ruimte creëren voor een dialoog. Problemen uitspreken is een mooi begin, want van daaruit kun je ze gaan oplossen.”
Als je met één vingerknip iets kon veranderen aan je job, wat zou dat dan zijn?
“Onze projecten lopen momenteel voor drie jaar. Dat is mooi, maar die jaren vliegen ook voorbij. En dat terwijl verandering teweegbrengen tijd kost: net als je voldoende vertrouwen hebt opgebouwd en je partners hebt leren kennen, moet je focussen op het verlengen van het project. Dat is dan mijn kleine frustratie (lacht). Dus: een langere projecttijd zou mooi zijn, want het zal voor sterkere connecties én nog meer impact zorgen.”
overgenomen van WSWD 2025 – Rukhsana | Departement Zorg (departementwvg.be)