Skip to content

Reportage van De Standaard over project de Wijkfabriek: “Plots ben je niet meer onzichtbaar”

11/12/2025

In de ‘Wijkfabriek’ voeren langdurig werklozen kleine, haalbare klusjes uit voor buurtbewoners. Maar binnenkort verliezen ze hun uitkering. “Helaas wordt dit werk beschouwd alsof ze niet werken.”

Dit artikel van Tine Reynaers verscheen in De Standaard, 10 december 2025

Foto’s: © Fred Debrock

Van links naar rechts: begeleider Tineke Decroos, Rudy, Eva en Joke. © Fred Debrock

In een lokaal op het gelijkvloers in een appartementsblok in de Nieuwe Stad in Oostende zoekt Rudy (58) zijn gereedschap bij elkaar. “Sociaal contact, bezig zijn en anderen helpen, dat is wat ik graag doe. Zonder dit zou ik volledig wegkwijnen.” Rudy werkt in de Wijkfabriek, een project van SAAMO West-Vlaanderen dat langdurig werklozen aan het werk zet in hun eigen wijk.

De Nieuwe Stad telt zo’n 750 huishoudens, maar een groot deel van de bewoners is kwetsbaar of alleenstaand. Ook 200 mensen zijn er niet aan het werk. In heel Oostende verliezen 1.221 langdurig werklozen komende maanden hun uitkering – in relatieve cijfers na Antwerpen en Turnhout het hoogste aantal in Vlaanderen. De combinatie van de kwetsbare wijkbewoners en het hoge aantal werklozen in de wijk deed het idee voor de ‘Wijkfabriek’ ontstaan.

“Voor veel mensen in deze wijk zijn eenvoudige klusjes zoals een lamp vervangen of hulp bij een verhuis al een enorme drempel”, zegt Tineke Decroos, opbouwwerker bij SAAMO en begeleider van het project. “Ze hebben vaak niemand om op terug te vallen of niet de financiële middelen om iemand in te huren. Net daar zien wij een kans om werkloze wijkbewoners als medewerkers van de Wijkfabriek aan het werk te zetten.”

Begeleider Tineke Decroos (links) en Eva (rechts) verhuizen dozen voor buurtbewoners. © Fred Debrock

Die medewerkers, elf in totaal, zijn vaak langdurig werkloos. Sommigen kampen met fysieke of psychische kwetsbaarheden, anderen zitten in complexe familiale situaties. “In de Wijkfabriek worden hun mogelijkheden, in plaats van hun beperkingen, het vertrekpunt”, vertelt Decroos trots. Intussen bestaan vier gelijkaardige Wijkfabrieken in Antwerpen, Willebroek, Gent en Kessel-Lo.

In de Wijkfabriek worden hun mogelijkheden, in plaats van hun beperkingen, het vertrekpunt.

– Tineke Decroos, opbouwwerker

4 euro per uur

Tijdens het wekelijkse overleg schuiven de medewerkers rond de tafel. Opdrachten worden overlopen, beschikbaarheden besproken. “Wie kan maandag helpen met een verhuis?”, vraagt Decroos. Er wordt geluisterd naar wat haalbaar is – fysiek, mentaal en praktisch. Eva (38) steekt haar hand op. Ze werkt al vier jaar voor de Wijkfabriek. Ze onderhoudt grafstenen, schildert, helpt mensen verhuizen. “Ik maak me graag nuttig en eindelijk kreeg ik een kans”, vertelt ze. Met vier kinderen met specifieke noden is een reguliere job voor haar onmogelijk. “Hier houden ze daar rekening mee. Dat is een verademing.”

Ook Joke (61) vergadert mee. Ze verliest haar werkloosheidsuitkering op 1 januari 2026. “Plots heeft de VDAB weer aandacht voor mij. Ze willen bekijken of ik voltijds in een kringloopwinkel kan beginnen. Dat lukt me gewoon niet. Ik ben ouder dan 60, heb een zoon met een zware beperking en een ernstig zieke echtgenoot. Ik moet thuis kunnen zijn. Ze kijken niet naar mijn noden. Het liefst zou ik hier blijven werken.”

De VDAB zegt al jaren dat regulier werk moeilijk wordt. Ik werk hier graag, maar zonder werkloosheidsuitkering kan ik niet verder.

– Rudy, medewerker de Wijkfabriek

Het project de Wijkfabriek helpt werklozen aan een job in de wijk. © Fred Debrock

Klusjesman Rudy hoopt dat zijn geluk niet eindigt op 1 maart 2026, wanneer ook hij zijn uitkering verliest. “Ik kan maar een beperkt aantal uren werken door een rugoperatie. De VDAB zegt al jaren dat regulier werk moeilijk wordt. Ik werk hier graag, maar zonder werkloosheidsuitkering kan ik niet verder. Dat knaagt.”

Zonder uitkering vallen de medewerkers terug op bijna niets. Werken bij de Wijkfabriek doen ze momenteel met een bijzonder statuut van ‘wijkwerken’. Medewerkers ontvangen 4,1 euro per uur. “Het is niet veel, maar het geeft structuur, waardigheid, betekenis”, zegt Rudy, die kan overleven van zijn werkloosheidsuitkering. Ze werken zo’n drie tot twaalf uur per week. Meer is vaak moeilijk. Decroos droomt van een regulier statuut voor de medewerkers van de Wijkfabriek. “Dan kan een betere verloning volgen en kunnen medewerkers sociale rechten opbouwen. Nu wordt het beschouwd alsof ze niet werken. Dat is jammer. Het is duidelijk dat ze willen werken, laten we die mensen dan ook een haalbare job geven.” Ze benadrukt dat de Wijkfabriek kan dienen als opstapje naar de reguliere arbeidsmarkt, maar dat is geen doel op zich. “Voor velen is dat gewoon geen optie, ook al zouden ze graag willen.”

Rudy vervangt een lamp voor buurtbewoner Jeanine. © Fred Debrock

Die middag trekken Rudy en Eva op pad naar Jeanine, een 85-jarige wijkbewoonster. Ze glundert wanneer Eva binnenstapt. “Ik kwam hier al vaker”, zegt Eva terwijl ze haar jas uittrekt. “Bloembakken vullen, het terras kuisen, zelfs een nieuwe bril helpen kiezen.” Vandaag komt Rudy wat schroeven vaster draaien. Terwijl begint Jeanine uitgebreid te vertellen over haar week. Eva knikt mee, stelt vragen, luistert. “Mensen hebben vaak nood aan een babbel”, zegt Rudy later. “Ik werk misschien maar een paar uur per week, maar ik doe wel een van de mooiste dingen: iemands dag beter maken.” Wanneer ze de deur achter zich dichttrekken, knikt Eva. “Klanten zijn zo dankbaar. De buurt kent ons. Plots ben je niet meer onzichtbaar.”

Klanten zijn zo dankbaar. De buurt kent ons. Plots ben je niet meer onzichtbaar.

-Eva, medewerker De Wijkfabriek

Wil je op de hoogte blijven van ons nieuws?
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wijkfabriek aan het werk

Project | De Wijkfabriek

De Wijkfabriek creëert jobs en biedt kostenbesparende diensten aan de bewoners van de Nieuwe Stad in Oostende.

Back To Top